Natuurlijke kurk is afkomstig van de schors van de kurkeik (Quercus suber), een endemische boomsoort die voornamelijk voorkomt in mediterrane landen zoals Portugal, Spanje, Marokko, Algerije, Tunesië en andere regio's in Zuid-Europa en Noord-Afrika.

Het proces van het verkrijgen van natuurlijke kurk is uniek omdat het de boom niet omhakt. Hier zijn de stappen voor het verkrijgen van kurk:

Bomen kweken: In kurkplantages worden bomen zorgvuldig gecultiveerd om een ​​gezonde schorsgroei te garanderen. De bomen worden tientallen jaren geplant en verzorgd voordat ze klaar zijn voor de eerste kurkoogst.
Eerste kurkverzameling: De eerste kurkverzameling vindt plaats ongeveer 25 jaar nadat de boom is geplant. Dit proces wordt "tirage" genoemd. Op dit moment is de schors dik genoeg om te worden gesneden.
Oogstcyclus: Kurk wordt ongeveer elke 9-12 jaar geoogst, afhankelijk van de groeisnelheid bomen. Het is vermeldenswaard dat de schors van de kurkeik na elke oogst regenereert, waardoor volgende oogstcycli mogelijk zijn.
Kurkoogst: Tijdens het kurkoogst verwijderen speciaal opgeleide ambachtslieden, ook wel 'kurkentrekkers' genoemd, de kurk nauwkeurig uit de boom met behulp van speciaal gereedschap. Door een strook gezond hout onder de kurk te laten, zorgen ze ervoor dat de boom kan blijven groeien.
Kurkverwerking: De verzamelde kurk wordt gedroogd, behandeld en gesorteerd. Een deel van de kurk wordt gebruikt om kurkproducten zoals wijnkurken en flessenstoppen te maken, terwijl de rest wordt verwerkt tot kurkkorrels, kurkkarton en andere kurkproducten.
Natuurkurk is niet alleen een populair materiaal dat wordt gebruikt bij de productie van kurken voor flessen en verschillende producten, maar heeft ook unieke eigenschappen zoals lichtheid, flexibiliteit en thermische isolatie, waardoor het op veel gebieden een waardevolle grondstof is. Bovendien maken milieuvriendelijkheid en duurzame inkoop natuurkurk tot een uniek materiaal.